Overlegcultuur Twente

Samenvatting actielijn 1

  • Vervang de huidige overdaad aan overlegtafels door een gestructureerd regio-directie model (Twente Board nieuwe stijl) en een Raad van Toezicht (Twente Top nieuwe stijl) en stel een Twents boegbeeld aan à la Wim van der Leegte.

 

Regionaal Rentmeesterschap 2.0

Twente kent tal van formele en informele overlegcircuits. Ondernemers besteden hier, vaak noodgedwongen, onevenredig veel tijd aan. Ze voelen zich verantwoordelijk voor de welvaart en het welzijn van de regio en komen dus getrouw opdagen, maar vragen zich ook af hoe zinvol al die koffietafels zijn. Zonder iets toe of af te doen aan het belang van al deze gremia zijn het er wel veel: de Twente Top, Twente Board, Industriële Kring Twente, De Industry Board, Elan, Ondernemend Twente en nog tal van andere meer informele bijeenkomsten.

 

Dat kan en moet allemaal veel efficiënter en effectiever, wat ook een nadrukkelijk verzoek is van de vijftig ondernemers die ik sprak. Waarom nemen we geen voorbeeld aan een andere kennisregio die dat heel slagvaardig heeft georganiseerd, zoals Brainport Eindhoven? Daar hebben ondernemers en politiek een goed werkend model, waarin samenwerking en wederzijds eigenaarschap leidend is. Er worden geen gelden van rijk of provincie uitgegeven aan projecten zonder dat die een eigenaar, of zelfs co-financiering kennen door en van ondernemers.

Ecosysteem creëren

In Twente is het nog steeds mogelijk dat bijvoorbeeld de Agenda voor Twente of de regiogelden worden bedacht en besteed zonder dat de ondernemers, anders dan de direct betrokkenen, hiervan op de hoogte zijn. Dat gaat in Eindhoven anders. Zonder het Eindhoven-model heilig te verklaren, wat in de regionale pers soms gebeurt, is Twente nu eenmaal niet te vergelijken met een regio die heel nadrukkelijk Philips en ASML als grote multinationale spelers kent en de HighTech Campus met 12.000 mensen en 200 bedrijven.


Daar kunnen we wel enkele dingen van leren. Brainport vormt een ecosysteem met kennisinstellingen, maakindustrie, toeleveranciers, onderwijs en overheden met als motto ‘kennis-kunde-kassa’. Het gaat zelfs zover dat het regionaal-economisch beleid niet primair een zaak van provincie en gemeenten is, maar dat zij dit samen met de ondernemers vormgeven. Zowel de burgemeester van in dit geval Eindhoven, een aansprekende ondernemer als Wim van der Leegte of een bekende hoogleraar als Maarten Steinbuch treden afwisselend als boegbeeld op. Ook Twente zou zo’n boegbeeld moeten hebben: bekend bij een breed publiek en iemand die de weg kent in de regio, in politiek Den Haag en in Brussel. Deze vraag kwam, vrijwel onuitroeibaar, naar voren uit mijn inventarisatie.

Bevoegdheden vrijwillig delen

Twente Board zou namens de ondernemers de handen gestructureerd ineen moeten slaan met de wethouders van de gemeenten in de regio en University of Twente. De eerste stappen hebben de wethouders van de drie grote gemeenten Almelo, Hengelo en Enschede al gezet. Wat mij betreft zou dat in eerste instantie moeten gaan om de wethouders die economisch beleid in hun portefeuille hebben te bewegen hun bevoegdheden vrijwillig, voor wat betreft de economische programma’s in de regio, geheel en al over te dragen en uitsluitend uit te oefenen in een directiemodel zoals Brainport Eindhoven. De Twente Board is daarvoor het aangewezen orgaan. Eventueel zou deze werkwijze later naar Sociale Zaken kunnen worden uitgebreid. Dat is een radicale stap, waarbij de wethouders vrijwillig een deel van hun democratische bevoegdheden gaan delen met een ongekozen directiestructuur zoals in Brainport Eindhoven. Maar het is de enige manier om effectief regionaal beleid op overtuigende en succesvolle wijze te voeren. Samen zetten zij het beleid uit. Twente Top fungeert dan als een soort Raad van Commissarissen, die zicht houdt op de grote lijnen en gevraagd of ongevraagd advies geeft. De Twente Top zou een boegbeeld moeten aanstellen.

Twents rentmeesterschap 2.0

Het belang van een nieuw overlegmodel neemt toe nu steeds meer Twentse bedrijven in buitenlandse handen komen. De eigendomsverhoudingen (en mogelijk ook de hoofdkantoren) die nu nog dominant Nederlands/Twents georiënteerd zijn, zullen  door de globalisering in toenemende mate in buitenlandse handen komen. Dit is een ontwikkeling waar door verschillende ondernemers op werd gewezen, maar waarvan de consequenties in de regio nog maar amper worden gerealiseerd. Om er een paar te noemen waarbij dat al is gebeurd: Grolsch, Vredestein, Ten Cate. Lange tijd iconische Twentse familiebedrijven gerund door ondernemers die elkaar kenden, samen in het geweer kwamen als een partij in moeilijkheden dreigde te raken: noaberschap als ondernemersplicht, een soort privaat rentmeesterschap waarin Twentse ondernemingen sinds de Twentse Bank en Stork uitblonken, zijn snel op hun retour. Dat zal vergaande gevolgen hebben voor de bereidheid van bedrijven om die, nu nog vanzelfsprekende, regionale rol te vervullen. Dat kan effecten hebben op deelname aan projecten of sponsoring, maar ook aan de bereidheid om deel te nemen aan allerlei vormen van overleg. Gecombineerd met de wildgroei van overlegtafels en de wat stroperige besluitvorming waarin ondernemers zich bepaald niet herkennen, is een radicale wijziging van het Twentse overlegmodel niet alleen urgent, maar op termijn ook onvermijdbaar.

 

Dat pleit voor een model dat we ‘Twents rentmeesterschap 2.0’ moeten noemen. Het overnemen van belangrijke elementen van het Eindhoven Brainport-model is hiervoor slechts een eerste aanzet.

Lees over #Impact Uit Twente