De toekomst begint in Twente

Volgens de Enschedese wethouder Eelco Eerenberg begint de regio Eindhoven jaloers te worden op de ontwikkelingsruimte in Twente. Vorige week sprak hij ondernemers die onder de indruk zijn van de ruimte die Twente heeft om innovatieve technologische bedrijven te laten experimenteren in het groene hart van de regio. “Dit is momenteel de grootste gebiedsontwikkeling van Nederland” zei hij. “We gaan hier de toekomst vormgeven. Er is iets heel nieuws ontstaan in korte tijd.” Ook constateerde Eddy van Hijum, gedeputeerde Economie van de provincie Overijssel, dat het goed was om vier jaar geleden in te zetten op het versterken van het hightech karakter van Twente met de Universiteit Twente en Hogeschool Saxion als belangrijke speler.

Twente heeft volgens Eddy van Hijum nu plek voor het ontwikkelen en testen van technologieën die bepalend zijn voor de toekomst. Technologieën die antwoord geven op de vraagstukken van klimaat, milieu en concurrerende buitenlandse maakindustrie. Natuurlijk refereerde hij aan de beloofde komst van Lithium Werks, dat slimme batterijen wil ontwikkelen en voldoende werkgelegenheid al creëren. Eelco Eerenberg ziet een ecosysteem ontstaan van bedrijven die elkaar nodig hebben en versterken en met hun enthousiasme de toekomst vorm wil geven.

Kenmerkend voor de open dag, onder de naam “meet the future” was de aandacht voor de jeugd, die de technologieën op een slimme manier moeten gaan toepassen, aldus Eerenberg. Tijdens de open dag was er de aftrap van de RED Engineers Challenge 2019. Onder de noemer ‘Water en het klimaat’ daagt Waterschap Vechtstromen alle uitvindertjes, ontwerpers en techkids uit groep 6 en 7 op de 250 basisscholen in Twente uit om creatieve oplossingen te bedenken voor de toenemende waterproblemen in de wereld door klimaatverandering: extreme hoosbuien, overstromingen, maar ook meer perioden van – extreme – droogte, zoals we tijdens de Nederlandse zomers steeds vaker zien. Nettie Aarnink, dagelijks bestuurder Waterschap Vechstromen: “We hebben talent nodig om ons aan te kunnen passen aan de gevolgen van de klimaatveranderingen”.